Bij onderextrusie wordt er te weinig filament geëxtrudeerd door de nozzle. Het gevolg hiervan is dat uw object niet goed gevuld wordt, waardoor printlagen er ruw en onvolledig uitzien. Dit kan verschillende oorzaken hebben:

Verstopte nozzle

De nozzle kan door verschillende oorzaken verstopt raken:

  • Vervuild filament
  • Filament aangebrand in de nozzle
  • Stofdeeltjes in de nozzle

In de meeste gevallen is dit probleem op te lossen door een hot pull en een cold pull uit te voeren. Hiermee duwt u het filament er handmatig doorheen om het daarna snel uit de hot end te trekken, met het idee dat het vuil met het filament meekomt.

Hot pull

Haal de Bowden tube uit de printkop door de blauwe houder onder de witte klem uit te halen en daarna kun je de witte klem naar beneden drukken.

Warm de hot end op tot ongeveer 210 graden door naar “Maintenance” en daarna op “Heat up nozzle” te drukken.

Pak een stukje filament (PLA) en duw dit door de hot end zodat het filament geëxtrudeerd wordt. Als u erg veel kracht moet zetten om het filament er doorheen te drukken kunt u de temperatuur verhogen naar 230 tot 240 graden. Als dit ook niet werkt kunt u proberen de obstructie met een schoonmaak naald of boortje weg te halen.

Trek daarna, als u het filament een aantal centimeter heeft kunnen extruderen, het filament snel uit de hot end zodat het vuil mee komt met het filament.

Knip het verontreinigde deel af en herhaal de hot pull totdat u geen verontreiniging meer op het filament ziet.

In de meeste gevallen lost dit het probleem op, maar als u hierna nog steeds last heeft van under extrusion kunt u ook proberen om de cold pull uit te voeren.

Cold Pull

De cold pull is bijna hetzelfde als de hot pull. Bij de cold pull moet de hot end afgekoeld worden naar 100 graden voordat het filament eruit getrokken wordt. Hierdoor stolt het filament een beetje en neemt dit wat hardnekkigere vervuilingen mee.

Bowden-tube verstopt

Soms blijven er wat stukjes filament in de Bowden-tube hangen. Dit kan komen doordat de feeder een tijd heeft gegrind (het filament weg slijten) en is er allemaal gruis in de Bowden-tube terecht gekomen. Een andere oorzaak kan zijn dat het filament nog erg vloeibaar was toen het uit de printer werd gehaald waardoor er wat kleine gestolde filament stukjes in de Bowden-tube bleven zitten.

Beide oorzaken zorgen ervoor dat het filament niet meer makkelijk door de Bowden-tube geduwd kan worden.

U kunt dit vrij gemakkelijk oplossen door de Bowden-tube aan de feederkant en de printkop-kant los te maken en er even met wat compressed air te spuiten.

Als dit het niet op lost kunt u ook een nieuwe Bowden-tube aanschaffen.

Verontreinigende Feeder

Na een tijdje kunnen er stofdeeltjes of aangebrand filament gaan ophopen in de feeder. Bijvoorbeeld als de feeder een tijdje heeft gegrind, omdat het filament niet door de nozzle wil gaan. Vanwege het stof heeft het tandwiel dan minder grip op het filament en kan deze het filament dus minder goed aanvoeren.

Dit is op te lossen door de casing van de feeder open te maken en deze met wat compressed air schoon te spuiten.

Haal hiervoor eerst de feeder van de printer af (zo kunt u het tandwiel dat de feeder aanstuurt ook schoonmaken) door de 2 boutjes aan de onder- en bovenkant van de feeder los te maken.

Daarna kunt u de feeder openmaken door de voorkant er af te halen (u moet hier 4 boutjes voor losmaken) en de onderdelen schoonspuiten.

Wanneer u geen stof of filament deeltjes meer kunt zien kunt u de feeder weer in elkaar zetten en terug monteren op de printer.